Mijn eerste reis.

Als r/o heb ik gewerkt op schepen van verschillende Nederlandse scheepvaartmaatschappijen. Mijn eerste reis als ass. r/o was op de Oranje Nassau/pgoj van de KNSM naar de West. Daarna heb ik nog op verschillende schepen van de KNSM gevaren.

Op mijn eerste reis heb ik ervaren hoe efficiënt het Amerikaanse AMVER systeem werkte. Als je de grote plas overstak gaf je iedere dag, zowel aan PCH (Scheveningenradio) als via een Amerikaans kuststation, bv NMR, NMY etc., aan de US Coast Guard, je middagpositie door.

De afkorting van AMVER is Automatic Mutual-assistance Vessel Rescue system. Het is een onderdeel van de US Coast Guard. Het AMVER system opereert wereldwijd.

Later toen ik bij de Klu (Koninklijke Luchtmacht ) als spec.com. werkte ontdekte ik, dat het AMVER systeem, net als het huidige GPS systeem, zowel een civiel als een defensie systeem was. Met het AMVER systeem waren de Amerikanen altijd precies op de hoogte welke schepen zich wereldwijd op zee bevonden en hoe deze zich verplaatsten. De dagelijkse gegevens van het AMVER systeem werden niet alleen doorgegeven aan de US Coast Guard maar ook doorgesluisd naar het Pentagon. Hier kwamen ook de grond (lees: zee) gegevens van overvliegende vliegtuigen terecht. Daarna was het een aftreksom wie vriend was en wie vijand.

Terug naar mijn eerste reis. Een paar dagen nadat we op de Atlantic naar het zusterschip van de Oranje Nassau/pgoj, de Prins der Nederlanden/pgvr, hadden gezwaaid, brak er aan boord paniek uit. Een passagier was onwel geworden en had constant oxygeen nodig. Als snel bleek, dat er tekort oxygeen aan boord was om de man in leven te houden tot aan Curaçao.

We hebben toen de US Coast Guard om hulp gevraagd gevraagd. Al snel kregen we bericht terug, dat op een dag varen een Belgisch schip voer waar wij contact mee op konden nemen voor extra flessen oxygeen.

Wat er precies heeft plaats gevonden weet ik niet, maar de paniek werd nog groter toen bleek dat we niet eens voldoende oxygeen voor 24 uur a/b hadden. Opnieuw contact gezocht met de US Coast Guard. De Amerikanen besloten toen een vliegtuig er op uit te sturen om flessen oxygeen te droppen. Ze hadden ons wonderlijk snel gevonden. Voordat de droppings van de oxygeen flessen plaats kon vinden moest eerst een sloep worden neergelaten. Het was gelukkig een slight sea om met een sloep de Atlantic te bevaren.

Onder leiding van de 1ste of 2e stuurman, dat weet ik niet meer, werd in vol ornaat “gepoogd” een sloep naar buiten te draaien. Uiteraard onder toeziend oog van de passagiers. Ik gebruik hier maar het woord “gepoogd”, wat denk ik voldoende weergeeft, dat e.e.a. niet is gelopen zo als het had moeten lopen.

Toen de sloep eenmaal veilig buiten boord en neergelaten was op het water en ook nog bleef drijven, werd ik door mijn chef naar binnen geroepen. Hij vond dat ik stand-by moest zijn in de radiohut, dan kon hij rustig met een borrel in zijn hand vanaf het dek genieten van de droppings. 

Gedurende de droppings had ik middels morse, constant verbinding met het vliegtuig van de US Coast Guard. Regelmatig vroeg de sparks van het vliegtuig hoe het met de patiënt ging. Waarop ik alleen maar kon antwoorden “I think, he is still doing well” of iets dergelijks.

Hoe de sloep naar zijn opgedragen positie voer, behoefde mijn vliegende collega niet te vragen, dat kon hij van uit de lucht veel beter volgen dan ondergetekende. Hier heb ik weinig van meegekregen. Wel hoorde ik later, dat de droppings van de oxygeen flessen ook niet waren verlopen zoals het zou moeten. De eerste droppings waren veel te ver weg van de sloep, terwijl de droppings daarna akelig dicht bij de sloep waren.

Maar uiteindelijk kwam de sloep met voldoende flessen oxygeen terug aan boord. Dat dacht men. Helaas bleek als snel dat één of meerdere flessen maar gedeeltelijk waren gevuld met oxygeen. Dus opnieuw contact gezocht met de US Coast Guard met het verzoek of ze nog een paar flessen wilden droppen.

Of dezelfde dag opnieuw flessen oxygeen werden gedropt of de volgende dag, weet ik niet meer. Zonder al te veel problemen kwam de sloep deze keer netjes op het water en weer terug aan boord. Oefening baart kunst. Direct nadat de eerste keer de sloep weer in de davits hing vond er een grote controle plaats. We moesten allemaal aan de bak. Mijn taak was alle noodapparatuur aan boord van de sloepen controleren. Ook of ze in zee zouden blijven drijven!!!!!

Op één van de daarop volgende dagen werd een grote sloepenrol gehouden, wat ook enigszins rommelig verliep. Bij de KNSM had ik ooit op het IJ mijn sloepgasten diploma behaald. Ik kon toen mooi de geleerde theorie in praktijk brengen.

Gelukkig is de man, om wie het eigenlijk ging, levend op een brandcard in Willemstad (Cur.) van boord gedragen. 

Dick Schenk

Geen opmerkingen: